Expeditie

Eerste expeditie naar het Noordpoolgebied, onder leiding van Barentsz en Nay

1594 - 1594

In de eerste helft van de jaren ’90 van de 16de eeuw begon in de Nederlanden het plan te leven om Azië te proberen te bereiken via het noordpoolgebied, op initiatief van de van oorsprong Antwerpse koopman Balthasar de Moucheron, en met ondersteuning en advies van Jan Huygen van Linschoten die zelf jarenlang in Azië had vertoefd, en cartografen en zeelieden als Petrus Plancius en Willem Barentsz. Ook de Nederlandse overheid was zeer enthousiast en kocht De Moucheron uit om de organisatie en financiering van de expedities zelf op zich te nemen. De Staten van Zeeland en de stad Enkhuizen rustten elk één schip uit; de stad Amsterdam twee.

Verloop

De schepen vertrokken op 5 juni 1594 vanaf de Rede van Texel, en voeren eerst naar het eiland Kildin aan de noordkust van Rusland. Daar splitste de vloot in tweeën: de Amsterdamse schepen, onder leiding van Barentsz, dachten, op advies van de cartograaf Plancius, dat de beste en meest ijsvrije route aan de noordkant van Nova Zembla gezocht moest worden. De andere twee schepen, onder leiden van Nay, voeren ten zuiden van Nova Zembla door de straat Waigats. Laatstgenoemden hadden meer succes. Zij voeren zonder veel problemen de Karazee op, verkenden nog een stuk naar het noordoosten en vonden de zee daar vrijwel geheel ijsvrij. Overtuigd dat ze de route naar Azië hadden gevonden, keerden ze om, en troffen bij terugkeer door straat Waigats de Amsterdamse schepen aan, die niet langs Nova Zembla hadden weten te komen, en op hun schreden waren teruggekeerd. Op 16 september waren alle schepen weer in Amsterdam.

Gevolgen

De succesvolle verkenning van de doorgang naar de Karazee overtuigde de betrokkenen dat de noordelijke route naar Azië was gevonden. Het jaar erop zou een veel grotere expeditie worden uitgerust om daadwerkelijk door te varen naar Azië.

23 juni 1594 - 29 juni 1594

Kildin, 23-29 juni 1594

69°35' NB 34°17' OL

Bij het eiland Kildin splitste de expeditievloot: twee schepen onder leiding van Barentsz vertrokken naar het noorden om een passage ten noorden van Nova Zembla te zoeken, de andere twee schepen, onder leiding van Nay en Linschoten, vertrokken naar het oosten om ten zuiden van Nova Zembla de doorgang te zoeken.

Bronnen en literatuur

Veer, Gerrit de, Om de Noord: de tochten van Willem Barentsz en Jacob van Heemskerck en de overwintering op Nova Zembla, zoals opgetekend door Gerrit de Veer (1598)

09 juli 1594 - 09 juli 1594

Berenfort, Nova Zembla, 9 juli 1594

75°89' NB 59°78' OL

De twee schepen onder Barentsz voeren langs de westkust van Nova Zembla omhoog. Deze locatie aan die kust, Berenfort, werd zo genoemd omdat de bemanning er op 9 juli 1594 in gevecht raakte met een ijsbeer. Hier voor de kust lagen verschillende eilanden, waaronder Willemseiland en Kruiseiland. Laatstgenoemde werd genoemd naar de grote kruisbeelden die de Nederlanders op het eiland aantroffen. De locatie is bij benadering.

Bronnen en literatuur

Veer, Gerrit de, Om de Noord: de tochten van Willem Barentsz en Jacob van Heemskerck en de overwintering op Nova Zembla, zoals opgetekend door Gerrit de Veer (1598)

19 juni 1594 - 19 juni 1594

Noordkaap, 19 juni 1594

71°18' NB 25°68' OL

De expeditie passeerde de noordkaap op 19 juni 1594

21 juli 1594 - 15 augustus 1594

Waygats en straat Joegor (Nassau), juli-augustus 1594

69°72' NB 60°47' OL

De twee schepen ondere Nay en Van Linschoten kregen op 21 juli 1594 Waygats in zicht. Waygats is het eiland ten zuiden van Nova Zembla. De schepen verkenden het gebied, voeren door de straat ten zuiden ervan (de Straat Joegor, die zij de Straat Nassau noemden), en verkenden de kust ten oosten ervan, om op 15 augustus uiteindelijk weer terug te varen door de straat. Daar ontmoetten ze de schepen onder Barentsz, die aan de noordkant van Novam Zembla hun weg geblokkeerd hadden gevonden door drijfijs. De succesvolle doorvaart door de Straat, daarentegen, overtuigde Nay en Van Linschoten ervan dat de route naar China was gevonden.

Bronnen en literatuur

Veer, Gerrit de, Om de Noord: de tochten van Willem Barentsz en Jacob van Heemskerck en de overwintering op Nova Zembla, zoals opgetekend door Gerrit de Veer (1598)[13-14]

L'Honoré Naber, Jan Huygen van Linschotens reizen naar het Noorden, 1594-1595 (1914)[62-114]

Overige afbeeldingen

Bronnen en literatuur

Veer, Gerrit de, Om de Noord: de tochten van Willem Barentsz en Jacob van Heemskerck en de overwintering op Nova Zembla, zoals opgetekend door Gerrit de Veer (1598)