Post

Penedo

Brazilië

Het kleine dorp Penedo, ofwel Openeda, aan de Rio São Francisco, werd in 1637 door de nieuwe gouverneur Johan Maurits van Nassau en zijn troepen definitief veroverd en bezet. Tijdens de inname sloeg het Portugese leger, onder leiding van de Napolitaanse graaf il Conte di Bagnoli, op de vlucht naar het zuiden, richting Bahia, het toenmalige hoofdkwartier van de Spaans-Portugese macht. De ligging van Penedo, ongeveer 30 kilometer stroomopwaarts de monding van de rivier, was zeer strategisch: vanuit deze plaats kon de zuidelijke grens van Nederlands-Brazilië goed beschermd worden. Daarom besloot Johan Maurits van Nassau er een groot fort te bouwen, fort Maurits ofwel forte Mauricio, op de hoogste punt van de rots (penedo in het Portugees) die over de rivier São Francisco uitkijkt. De rivier, als natuurlijke zuidelijke grens, bleef altijd moeilijk te verdedigen. Regelmatig waren er aanvallen van de Portugese-Braziliaanse guerrillatroepen. Het fort kwam in 1645 voor de duur van een jaar in het bezit van de Portugezen. In 1646 lukte het WIC-luitenant Henderson om Penedo wederom te veroveren, maar door schaarste aan voedsel en wapens duurde het niet lang eer Penedo weer in handen van de vijand zou vallen. Het fort werd naderhand verwoest. Nu doet alleen een naam aan het fort van Johan Maurits denken: Largo do forte, het belangrijkste plein van het stadje Penedo. De hele regio rond de monding van de Rio São Francisco en de tegenwoordige plaats Alagoas was van economisch belang voor de West-Indische Compagnie omdat het rijk aan vee was.

Afbeeldingen